vrije overpeinzingen over popmuziek
© Oscar van Dillen

vox populi vox dei = de stem van het volk is de stem van god

In principio erat verbum

Pop = (1) speelgoed, meestal in de vorm van een homunculus, een ander zoogdier of een vierbenig fantasiewezen; (2) metamorfosestadium van vlinders en motten; (3) afkorting van popmuziek, populaire muziek: verzamelnaam voor een groot aantal muziekstijlen, waarbij met name de zeer brede verspreiding de verbindende factor vormt; (4) volks: benaming voor iemands eigen vriendin of vrouw (5) Engels leenwoord: priklimonade; meervoud: poppen; zie ook poppen (werkwoord).

Al zullen de overige betekenissen meerderen niet vreemd zijn, juist de middelste betekenis is de meest gangbare in de context van muziekopleidingen. In de derde betekenis popmuziek is de lettergreep pop afgeleid van het Engelse begrip popular music: letterlijk te vertalen als populaire muziek. Het woord populair komt op zijn beurt van het Latijnse populus, en betekent: (afkomstig van, behorende tot, of bedoeld voor) het volk, het land. De huidige connotatie van het woord populair, die naar juist een bij uitstek grote hoeveelheid van liefhebbers verwijst, is hieruit afkomstig, dat het namelijk oorspronkelijk eigenlijk alle mensen betrof: voor alle mensen was bedoeld, die niet van adel waren. In het woord popmuziek zit een sociaaleconomische tegenstelling besloten, die naar de herkomst van het genre verwijst. (14.11.2011)

in principio erat verbum = in het begin was het woord

Cui bono?

In de benamingen pop en klassiek zit een verzwegen tegenstelling verborgen, namelijk die tussen de muziek van en voor het volk en de muziek van en voor haar machthebbers. De laatste muziek wordt traditioneel ook wel aangeduid als klassieke muziek. Elke klassieke muziek vervult traditioneel de rol van het divertissement der machtigen. De klassieke muzieken van Europa, India, Japan, Korea etc. kenden inderdaad hun oorspronkelijke uitvoeringspraktijken aan de hoven van de vorsten, de maharadja’s, de shoguns, de keizers. Niet alleen waren de machthebbers als persoon verheven boven hun onderdanen, ook werden de kunsten die zij verkozen op een hogere trap gezet, echter niet de makers ervan.

De namen der muzieken zijn afkomstig van voor wie ze werden beoefend, omdat in het door wie geen onderscheidend karakter te vinden was. Alle genres zijn in beginsel beoefend als muzieken door dezelfde bevolkingsgroep, door het populus: door de niet-machthebbenden. Slechts bij hoge uitzondering waren heersers ook beoefenaars van die fantasierijke, vaak bedwelmende kunsten, die bij hun onderdanen leefden. Dergelijke hobby’s werden sinds keizer Nero ook met argwaan bekeken: kunst en muziek zijn vrijwel uitsluitend door onderdanen, door werkende klassen beoefend. De uitlaatklep voor de fantasieën van de werkende klassen is historisch altijd in de kunsten te vinden; de uitlaatklep voor de fantasieën van de heersende klassen is daarentegen met name te vinden in de politiek en in de grillige geschiedenissen van hun rijken. (21.11.2011)

cui bono = wiens voordeel

Divide et rege

Popmuziek onderscheidt zich in beginsel van klassieke muziek door het gegeven dat artiesten zich richten tot al hun medemensen, in de breedst mogelijke zin, en geen onderverdeling in klassen vooronderstelt noch beoogt: popmuziek in de oorspronkelijke zin des woords richt zich feitelijk tot eenieder. Tegelijkertijd is waar te nemen dat geen enkel ander genre middels een ook maar enigszins vergelijkbaar groot aantal stijlen zich uit, die elk weer specifieke groepen van luisteraars boeien. De aan popmuziek verbonden muziekindustrie behandelt deze groepen van luisteraars vervolgens als subculturen, ook en met name commercieel, zodat a priori de resterende werkelijk praktische doelgroep – en dientengevolge het potentiële inkomen – van elke artiest daardoor danig verkleind wordt.

De opsplitsing in deelmarkten, ten behoeve van tot enkele subculturen beperkte programmeringen in concertseries, op podia, voor radio- en televisiezenders en bij labels, verkleint zo in feite weer de mogelijke actieradius van popmuziek. Slechts weinigen is het gegeven zich niet te laten invangen door deze vaak van bovenaf opgelegde inpolderende marktbenadering, die ook op andere manieren zakelijk ongunstig kan uitpakken voor artiesten. Zo is de auteursrechtensituatie van popmuziek nog steeds ongelijkwaardig ten opzichte van die in klassieke muziek. Auteursrechtelijke tarieven en vergoedingen liggen aanmerkelijk lager, waarvoor als reden de evenredig grotere distributie wordt genoemd, hetgeen in de praktijk echter alleen voor een zeer kleine elite van artiesten ook daadwerkelijk waar is. (28.11.2011)

divide et rege = verdeel een heers

Panem et circenses

In het woord popmuziek zit een sociaaleconomische tegenstelling besloten, die naar de herkomst van het genre verwijst. Sinds de verspreiding van de technologieën der machinale vermeerdering, doorgaans kortweg media genoemd, is er rond de distributie van duplicaten een invloedrijke muziekindustrie ontstaan: het dagelijks divertissement der machtelozen. Wederom is de een zijn spel de ander zijn brood geworden, ditmaal middels arbeidsvitaminen. De muziekindustrie heeft een volstrekt nieuwe verzameling bijbehorende activa met zich meegebracht, die meer bevat dan de producten die in de winkels te vinden zijn: de diverse geluidsdragers. Onder de in de 20e eeuw nieuw ontstane waren bevinden zich de zogeheten auteursrechten, onderdeel van een principieel nieuw juridisch gebied, na de Franse Revolutie stukje bij beetje toegevoegd aan het eigendomsrecht: het intellectuele eigendomsrecht.

De wet nu voorziet echter in het geheel niet in onafhankelijke mogelijkheden voor het zelf bepalen en innen van inkomsten verbonden aan auteursrechten door makers of auteursrechthebbenden: deze rechten zijn middels een per land nationaal monopolie exclusief geregeld. Voor muziek is door deze almachtige instanties bepaald dat zij in slechts twee vergoedingscategorieën ingedeeld zal worden: de ernstige muziek en de verpozingsmuziek. Men zou zeggen: naar intentie van de maker, edoch een merkwaardige belangenverstrengeling ontstaat niettemin: (1) de maker heeft ten behoeve van inning in principe het recht zelf aan te geven in welke categorie elk van zijn werken valt, (2) voor de auteursrechtenmonopolisten geldt dat zij per ernstig werk aanmerkelijk meer innen en dienen uit te betalen dan wanneer een werk als verpozing kan worden aangemerkt, maar (3) er bestaan bij navraag geen openbare heldere criteria voor indeling in één beider categorieën, en (4) de auteursrechtenmonopolisten behouden zich het recht voor achteraf voor uitbetaling een werk in een andere categorie in te delen. (5.12.2011)

panem et circenses = brood en spelen
activa = bezittingen van een onderneming

Mutatis mutandis

Tot aan de wijde verbreiding van de voorlopers van de langspeelplaten vonden musici nog volop emplooi in de radiostudio’s: uitzendingen werden live gespeeld. Deze belangrijke bron van inkomsten is na 1950 goeddeels verdwenen, en voor uitgezonden werk dient er genoegen te worden genomen met de in gedetailleerde wetten en regels vastgestelde partitionering, die tevens een financieel waardeoordeel velt over het genre. In elk land is er precies één organisatie met het alleenrecht te kunnen incasseren. Deze organisaties hebben ook bepaald dat er, aan componisten en uitvoerders, voor lichte muziek in beginsel minder zal worden uitgekeerd dan voor klassieke muziek. De wettelijke stand van zaken omtrent reproductie van muziek in moderne media stelt vooral muziekindustriële belangen veilig.

Nieuwe technologieën, in eerste instantie met name ontwikkeld tijdens de Tweede Wereldoorlog, maken onder andere steeds betere geluidsopnames mogelijk, en leidden tot nieuwe markten en nieuwe regels. Na 50 jaar zijn de geluidstechnieken inmiddels zover ontwikkeld, dat musici bijna overbodig worden, omdat gesamplede tonen hen kunnen vervangen. De auteursrechtelijke situatie is nu zo, dat er geen auteursrecht ligt op een enkele, voorbeeldig gespeelde, toon, maar wel op een verzameling samples, zodat producers en componisten tegenwoordig zonder nadere tussenkomst, ook financieel, van uitvoerders soundtracks kunnen maken. Het zijn overigens nooit de best beschikbare technologieën die in producten verwerkt zijn, maar de best verkoopbare, dat wil zeggen: die tot de grootst mogelijk winst leiden. De werkelijke stand van zaken in wetenschap en technologie is noch was nimmer af te lezen aan de voor de burger beschikbare gadgets. (12.12.2011)

mutatis mutandis = de dingen veranderend die veranderd moeten worden

Nitimur in vetitum

Nog nooit is er zoveel audio, zoveel muziek, op zulk een grote schaal verspreid als in deze tijd, en een enorm groot deel daarvan bestaat uit popmuziek. In onze tijd betekent grotere verspreiding doorgaans ook groter geldelijk gewin, en is er ook nog nooit zoveel geld verdiend met popmuziek als nu, maar door wie eigenlijk? De regels voor inning en uitbetaling van auteursrechten worden vaak op slinkse wijze omzeild, niet in de laatste plaats door de wurgcontracten die zovele labels en zendgemachtigden musici laten ondertekenen. Als het aan de wetgevers ligt, dan worden op zeer korte termijn nieuwe wetten ingevoerd, zoals de horrorsoap die SOPA heet, die rechten en inkomsten, niet van artiesten, maar van incasseerders, tot in het onredelijke uitbreiden, overigens zonder inkomstenverbetering voor rechthebbenden. Wetgevers hebben blijkbaar het oogmerk grote uitgevers en rechtenmonopolisten te versterken en te verrijken, en bekommeren zich niet om artiesten.

Sharing, digitaal delen, sharing is the magic word, en delen is vooralsnog meer mogelijk dan ooit. Door muziek online te delen krijgt muziek een groter verspreiding, maar dat delen wordt tegelijkertijd ook steeds een beetje riskanter. Gelukkig zijn er inmiddels dankzij de Free Software Foundation en met name de Creative Commons nu ook min of meer waterdichte juridische constructies ontstaan, vaak met een knipoog samengevat onder de noemer Copyleft. Deze nieuwe licenties brengen niet het afstand doen van auteursrecht teweeg, hetgeen van menig platencontract helaas niet kan worden gezegd, integendeel: zij voorzien het delen van content van een getrapte auteursrechtelijke situatie naar keuze: CC, BY, SA, ND, NC enzovoorts. Ook de internationale exploitatiecontractmonopolisten zijn inmiddels begonnen Creative Commons licenties in hun regelgevingen in te bedden. Dat is ook wel enigszins begrijpelijk, want hoewel ze daarmee enerzijds met hun tijd mee lijken te gaan, leidt dat voor hen tenslotte toch ook tot lagere uitbetalingsverplichtingen, nietwaar? (19.12.2011)

nitimur in vetitum = we streven allen naar wat verboden is

Multa paucis

Adult Oriented Rock, Alternatief, Art rock, Beat, Black metal, Blues, Blaxploitation, Breakdance, Britpop, Bubblegum, Celtic Punk, Cowpunk, Chicago Blues, College rock, Deathmetal, Delta Blues, Doo wop, Dreampop, Eurobeat, Experimentele rock, Fingerpicked guitar blues, Folkmetal, Folkrock, Funk, Futurepop, Gangsta rap, Garage, Garagerock, Glam, Gothic, Grunge, Hardcore punk, Hardrock, Heavy metal, Hiphop, Human beatbox, Indie, Indo Rock, Industrial, Industrial metal, Jive, Krautrock, Lo-Fi, Martial/military pop, Medieval, Merseybeat, Metal, Motown, Nederbeat, Nederhop, Nederpop, Neofolk, New romantic, New Wave, New Wave of American Metal, Nu metal, NWOBHM, Old school hiphop, P-funk, Pop, Popcorn, Poppunk, Post-rock, Powernoise, Progressieve metal, Progressieve rock, Psychedelisch, Psychobilly, Punk, Rap, Rapcore, Rock, R&B, Rock and Roll, Rockabilly, Rock In Opposition, Shoegaze, Singer-songwriter, Skapunk, Skate Punk, Soul, Speedmetal, Stonerrock, Streetpunk, Surf, Symfonische rock, Synthpop, Teenybopper, Trashmetal, Urban, Urbanpop, White metal, Zydeco;

Abstract, Acid house, Ambient, Breakbeat, Breakcore, Bubbling, Chill Out, Clubhouse, Dance, Darkambient, Darkwave, Deep house, Disco, Drum and Bass, Drumstep, Drone doom, Dubstep, Downtempo, Early Hardcore, EBM, Electro, Elektronisch, Emocore, Eurobeat, Eurodance, Extratone, Frenchcore, Funky house, Goa, Garage House, Grime, Hands Up!, Happy Hardcore, Hardcore, Hardhouse, Hardstyle, Hardtrance, Hiphouse, Horrorcore, House, Illbient, Industrial Hardcore, Intelligent Dance Music, Jungle, Jump, Latin House, Mathcore, Minimal, New Age, New Beat, Noise, Old skool EBM, Progressive, Progressive Trance, Psychedelic Trance, Rapcore, Rave, Rhythmic industrial, Techno, Tekno, Terrorcore, Trance, Triphop. Ach wie kent ze niet, waar zouden wij blijven zonder deze nimmer affe overcomplete verzameling genres en stijlen van muziek voor iedereen, uitdrukking van hoe verschillend en tegelijkertijd hoe evenzeer verwant wij mensen zijn? (26.12.2011)

multa paucis = veel zeggen met weinig woorden

Nemo supra legis

In de beeldende kunsten verdienen kunstenaars traditioneel geld door hun werk als objecten te verkopen. In de afgelopen decennia heeft deze benadering van het kunstwerk als handelswaar het nodige veranderd: er gaan nu miljarden dollars om in de wereldwijde kunsthandel, waarvan slechts een verwaarloosbaar deel aan de oorspronkelijke makers toekomt. De waarde van de kunstvoorwerpen wordt bepaald door een markt, die wordt gestuurd door rijke verzamelaars, weliswaar met verstand van kunsthandel, maar voor het overgrote deel zonder enige kennis van kunst, en zonder enige empathie voor de makers ervan. Deze kunsthandel nu bepaalt bovendien via de kunstmatig inflatoire monetaire handelswaarde heden ten dage doorslaggevend de perceptie van de artistieke waarde, en musea volgen gretig de smaak van deze smakeloze praktijken van speculanten, daartoe aangespoord of zelfs gedwongen door regeringen, die kunst uitsluitend nog als economisch product erkennen. In de muziekwereld is het weinig anders; met het ontstaan van de diverse media, wordt ook muziek als handelswaar behandeld. Al is auteursrecht in de muziek iets beter geregeld dan beeldrecht in de beeldende kunsten, toch zijn de percentages die de makers toekomen, en de voorwaarden waaronder, eigenlijk niet langer rechtvaardig te noemen in een zakenwereld van miljarden.

Het is tijd om over nieuwe business-modellen na te denken. Stel bijvoorbeeld nu eens dat beeldende kunstenaars (of hun erven) bij wet 50% van elke toekomstige verkoop van hun werk zouden verdienen, tot 100 jaar na hun dood? Stel bijvoorbeeld nu eens dat er een privatisering van de auteursrechteninning zou worden doorgevoerd, zodat musici zelf kunnen bepalen wat de door hun gewenste tarieven zijn voor gebruik van hun werk? Stel nu eens dat kunstenaars zich en masse zouden organiseren in de vorm van bijvoorbeeld een internationaal kerkgenootschap, zoals de Kopimi onlangs met succes nationaal in Zweden deden om online delen veilig te stellen, maar in het onderhavige geval een vergelijkbaar “kerkgenootschap van kunstenaars”, met als doel enerzijds de waardigheid en juridische positie van de professie te beschermen, en anderzijds monetaire winsten op het eigen werk via legitieme wegen voor bijvoorbeeld tenminste wederom 50% terug te voeren naar de makers? Stel dat kunstenaars via intensieve internationale samenwerking met geeks een reeks van nieuwe digitale online omgevingen weten te creëren, waarin zij baas over eigen kunst kunnen zijn, en met het zo verdiende geld desgewenst ook de noodzakelijke juridische correcties kunnen doen? Een belangrijke voorwaarde voor al dergelijke veranderingen is de demystificatie van het kunstenaarschap, een mijns inziens op zich terechte trend die al actueel is, veelal zelfs van overheidswege, maar die op dergelijke wijzen voor de verandering nu eens voor en door de kunstenaars zelf en ten eigen bate zou kunnen worden aangewend. (15.1.2012)

nemo supra legis = niemand staat boven de wet

Zie ook

Vox Populi Vox Dei is oorspronkelijk geschreven als column voor Codarts’ www.artofpop.nl.